Rechtbank Breda en onlangs in beroep Hof Den Haag spraken zich uit over de aftrekbare zakelijke kosten van verteer. Wat zei de rechter over kosten die een overheersend privékarakter hebben?
Tekst loopt verder onder afbeelding
Rechtspraak.
Als je uit zakelijke overwegingen onderweg bent of regelmatig langere tijd van huis verblijft, dan maak je onder andere kosten voor verteer.
Deze kosten kan je als ondernemer voor de inkomstenbelasting of als resultaatgenieter niet beperkt in aftrek nemen van de winst als deze kosten een overheersend privékarakter hebben, aldus Rechtbank Breda (ECLI:NL:RBZWB:2021:2724) en Hof Den Haag (ECLI:NL:GHDHA:2022:513) .
Kosten van verblijf en verteer
Een ondernemer met een eenmanszaak is actief als consultant. Zijn bedrijfsactiviteiten bestaan uit het verbeteren van bedrijfs- en informatieprocessen, waardoor hij diverse malen langere tijd bij cliënten op locatie werkzaam is.
Gedurende zijn verblijf maakt hij kosten van huur van een kamer of studio. Naast de kosten van de huur, maakt hij ook kosten voor eigen verteer (ontbijt, lunch en diner). Deze verteerkosten heeft hij ten laste van zijn winst gebracht, rekening houdende met de aftrekbeperking voor gemengde kosten (80%).
De inspecteur stond de aftrek van de verteerkosten niet toe, omdat de ondernemer niet aannemelijk heeft gemaakt dat deze uitgaven in de ondernemingssfeer liggen. Verteer is namelijk een primaire levensbehoefte, waardoor de kosten privéuitgaven zijn. De ondernemer stapt naar de rechter.
Wat zegt de rechter?
De rechtbank is van oordeel dat het feit dat de kosten van het verblijf elders zakelijk zijn, niet betekent dat de verteerkosten ook zakelijk zijn.
De verblijfskosten komen namelijk door werkzaamheden of het uitvoeren van een opdracht elders. Dat is anders dan bij verteerkosten. De noodzaak tot eten bestaat immers ook als een ondernemer niet (tijdelijk) elders verblijft. Hierdoor blijft het karakter van de verteerkosten overwegend privé en is aftrek niet mogelijk, ook niet voor een beperkt deel.
Verschil met werknemer.
De ondernemer maakte ook nog de vergelijking met de situatie van een werknemer, waarbij de werkgever de verteerkosten van de werknemer wel ten laste van de winst mag brengen en de kosten in deze situatie wel als zakelijke kosten worden aangemerkt.
Maar deze vergelijking gaat volgens het oordeel van de rechtbank niet op. De mogelijkheid voor een werkgever om verteerkosten van een werknemer in aftrek te brengen, wordt opgeroepen door de plicht die een werkgever heeft tot het vergoeden van kosten van de werknemer op grond van de contractuele relatie met de werknemer. Dit is een andere situatie dan die van de ondernemer zelf.
Dga?
Als dga van je BV mag je de verteerkosten onderweg of op locatie wel beperkt in aftrek nemen. Je bent immers werknemer van de BV.
Ook in hoger beroep
Ook in hoger beroep ving de ondernemer bot.
Hof Den Haag is evenals de rechtbank van oordeel dat de eigen gemaakte verteerkosten van de ondernemer niet berusten op zakelijke overwegingen. De eigengemaakte verteerkosten hebben vanwege de noodzaak om te eten en te drinken een overheersend privékarakter. Hierbij maakt het geen verschil of de ondernemer de maaltijd elders gebruikt vanwege zijn verblijf daar of dat hij de maaltijd thuis gebruikt.
De kosten van verteer zijn voor 80% aftrekbaar bij een zakenlunch met zakenrelaties. Maar zijn niet aftrekbaar voor de kosten die een ondernemer zelf onderweg of op locatie maakt wegens overwegend privékarakter. Als dga (werknemer) van uw BV mag u de verteerkosten onderweg of op locatie wel beperkt in aftrek nemen.